Geschiedenis van de Bernisse
Al vanaf de vroege middeleeuwen vormt de Bernisse een belangrijke handels verbinding tussen Holland en Vlaanderen. Dorestad, waar nu Wijk bij Duurstede ligt, is op dat moment hèt centrum van de internationale handel in Noord-West Europa. De Wiedele, zoals de Bernisse in die tijd nog genoemd werd, is één van de belangrijkste handelsroutes tussen Dorestad en Vlaamse steden zoals Antwerpen en Gent. Maar ook schepen die onderweg zijn naar Engeland passeren de Wiedele. De monding van de latere Bernisse vormde dus een strategisch kruispunt tussen verschillende handelsroutes.
Door de voorlopers van de Hollandse graven werd al vroeg tol geheven op alle belangrijke handelsroutes die door of langs hun gebied lopen. De Bernisse was ook zo’n handelsroute. Het is dus zeer aannemelijk dat er al vroeg tol werd geheven. Deze tol op de Bernisse zal in latere eeuwen een grote rol gaan spelen.
Rondom de Bernisse zijn bewoningssporen uit verschillende perioden gevonden, zoals een boerderij uit de ijzertijd en resten van Romeinse bewoning. Ook in de middeleeuwen wonen er mensen langs de Bernisse, maar het landschap ziet er nog heel anders uit dan nu. Het is een woest gebied waar eb en vloed nog vrij spel hebben. Met schorren, slikken en vooral veel kreken. Omdat het land af en toe onder water loopt wonen sommige mensen op een woonterp, in onze omgeving wordt dit een hille genoemd.
In de 13e eeuw vinden de eerste bedijkingen van de gebieden rondom de Bernisse plaats. Bij de afgedamde kreekmondingen ontstaan de eerste dorpskernen, Geervliet en Heenvliet. De Bernisse vormt vanaf dat moment de begrenzing tussen het land van Voorne en het land van Putten, zoals dat tegenwoordig nog steeds het geval is.
In 1179 wordt de tol op de Bernisse voor de eerste keer vermeld. De Keizer in Duitsland schenkt de Geervlietse tol op de Bernisse aan de graaf van Holland, Floris III. Voortaan moet iedere schipper die over de Bernisse vaart, 5% van zijn lading betalen als tol. Deze tol in combinatie met de intensieve handel over de Bernisse maakt Geervliet rijk en van grote waarde voor het Graafschap Holland. In 1305 geeft Nicolaas zijn broer, Simon van Marckenburg het recht om een kreek af te dammen en land in te polderen. Met een lange dijk wordt de polder Vriesland verbonden met de polder van Biert. Hierdoor ontstaat de haven van Simon, oftewel Simonshaven. Een derde kern aan de oevers van de Bernisse is een feit.
Tijdens een heuse burgeroorlog, die we kennen als de ‘Hoekse en Kabeljauwse twisten’, speelt de Bernisse een rol. De heer van Heenvliet biedt in 1351 de Engelse koning Edward III aan om de Bernisse te gebruiken als landingsplaats voor een Engels invasieleger.
De tol op de Bernisse en de rol van Geervliet hierin zorgt ervoor dat Geervliet in 1381 stadsrechten krijgt, waarna er diverse verdedigingswerken in deze nieuwe stad worden gebouwd.
In 1421 vindt één van de grootste overstromingen uit de geschiedenis van Nederland plaats, een overstroming die grote invloed heeft op de Bernisse. Deze St Elizabethsvloed zet grote gebieden onder water. De ramp is enorm, zo komen de grote polders rondom Dordrecht onder water te staan waaruit later de Biesbosch ontstaat. Ook het Spui, de scheiding tussen Voorne-Putten en de Hoekse Waard ontstaat als gevolg van deze overstroming.
Ook veranderen stroomrichtingen en stroomsnelheden van verschillende waterwegen, waaronder de Bernisse. Als gevolg hiervan begint de Bernisse snel te verzanden. De Bernisse wordt steeds smaller waardoor nieuwe polders ontstaan, maar waardoor scheepvaart over de ooit zo brede Bernisse ook steeds lastiger wordt. De handel over de Bernisse komt langzaam tot stilstand, waardoor de inkomsten uit de tol snel afnemen. De tol wordt vervolgens naar Hekelingen en later naar Dordrecht verplaatst, waar deze nog steeds Geervlietse tol heet.
Omdat ook de oorspronkelijke haven van Heenvliet niet meer bruikbaar is, wordt in 1589 buiten Heenvliet een nieuwe haven direct aan de Maas aangelegd. Hierdoor ontstaat het buurtschap Nieuwesluis.
In 1602 is de Bernisse zo smal geworden dat er een brug overheen wordt gebouwd. Om toch nog inkomsten uit de tol te halen wordt er vanaf dan tol geheven over de brug. Deze brugtol wordt in Heenvliet geheven, vanuit het tolhuis.
Ook de grote watersnoodramp van 1953 heeft grote effecten op het Bernissegebied. Alle polders ten Westen van de Bernisse lopen onder water.
Tussen 1977 en 1979 wordt de Bernisse door mensenhanden weer breder gemaakt. Het Westland is aan het verzilten en via de Bernisse en het Brielse meer wordt zoet water naar het Westland geleid. Rondom de Bernisse wordt een recreatiegebied aangelegd, het gebied wat we nu kennen als het recreatiegebied ‘De Bernisse’.